Spaans Graan en Zamora

Maandag 25 maart.

Toen we zondag terug waren uit de bar, hadden we met de eigenaar Oscar, zijn vriend en moeder een gesprek. Met de telefoon als vertaler, je kan het zo gek niet bedenken. Zij maakten ons duidelijk dat de winkel pas om 12.00 uur open gaat, het is maandag. Oei, dan hebben we geen brood onderweg. Oscar zegt dat hij nog naar Salamanca moet en brood voor ons meeneemt.
We kregen rondleiding door de verbouwde watermolen. Wat is er een hoop werk aan gedaan. Buitenmuren en dak zijn authentiek, binnen alles gerenoveerd door opkoping van materialen uit sloopwerk. 21.30 uur hebben we het gehad en gaan naar bed. We zetten geen alarm want buiten is de straat opgebroken en we verwachten dat om 7.00 uur de werklui beginnen, maar dat pakt anders uit. Ze beginnen om 8.00 uur!! Dat is een cadeautje, uitslapen. 9.00 uur vertrekken we, met zon en redelijk harde noorden wind, 7 graden, brrr in de korte broek. Flink doorstappen dan wordt je warm. Rode en Zwarte Wouw, Ooievaars, Slangenarend, Reigers, Roodborsttapuit en Kuifleeuwerik laten zich horen en zien.
Het dorp zijn we snel uit en via een landweg gaan we richting de A66 en de N-630 die er naast ligt.
De Hop laat zich horen en in de berm zien we een Kolibrievlinder op de Paardenbloem. Overal waar we om ons kijken zijn Tarwevelden. Sommige stukken nog niet ingezaaid en er wordt gewerkt op het land, zelfs de waterinstallaties zijn in werking.
Rode Patrijzen vliegen op vanuit de begroeiing tussen de wegen.
De Kleine Vuurvlinder en Distelvlinder hebben moeite om met deze wind te vliegen.
Na 7,5 kilometer passeren we een Aubergue, in het boekje staat na 6 kilometer. Klein telfoutje, zoals hier in Spanje wel vaker het geval is.
Het voetpad langs een grof grind stenen pad en de A66 is een oude trambaan: Via de la Plata.
De autoweg heeft alles egaal, het voetpad heeft zijn "heuveltjes". Maar het loopt heerlijk, jammer van de verkeersgeluiden, alhoewel..... chauffeurs toeteren en zwaaien naar ons.
Op een steen langs de weg houden we even een stop, rugzak af, schoenen uitkloppen en iets drinken. Uit de wind is het lekker, oren suizen. Bij het passeren van de ribera de Cañedo moeten we even omlopen om geen natte voeten te krijgen, de A66 onderdoor, langs de N 630 en weer terug. Op het water zien we de Wilde Eend.
Wanneer we rond 12.00 uur uit de wind kunnen zitten bij een elektriciteitshuisje maken we even een eetstop. Het huis waar we naar kijken is vervallen, de grond deels nog begroeid, het staat te koop.
Met flinke stap en een groet passeert een Pelgrim, de wind trotserend.
We zien de N-weg waar we eerder overheen hebben gefietst, aan de andere kant van de A66, die langs de gevangenis van Topas gaat. We herkennen bepaalde punten uit de omgeving. De wind wordt harder en de jas moet aanblijven om warm te blijven. Enkele vogels zien we, maar door de wind en geluiden van verkeer hoor je ze niet.
We bereiken El Cubo de la Tierra del Vino om 14.30 uur. We zien de Aubergue maar gaan eerst naar het centrum, we snakken naar een kop koffie en rust. Binnen zitten enkele ouderen van het dorp. Weer een kleine gemeenschap waar iedereen elkaar kent. We zien enkele "Dubbelgangers", Leen van t Hof zit hier aan een tafeltje en achter de bar staat Jeroen Struik. Een andere man, zeker een 75-plusser zit op zijn gemak de krant te lezen.
Wanneer we naar de Aubergue lopen en even rond kijken komt een 8 à 9- jarige jongen naar ons toe en vraagt of we het kunnen vinden. Wij laten een plaatje zien en hij wijst ons de weg en kijkt ons na of we wel goed gaan. Muy Bien. Op een schoorsteen zit een Zwarte Roodstaart, Boeren-en Huiszwaluwen vliegen rond.
De Aubergue is in een boerderij, waar we een warme maaltijd krijgen gemaakt door de eigenares. Er is een bad en Marianne gaat heerlijk onderuit in het warme water, goed voor de beentjes.
Er zijn nog 2 andere pelgrims, een Spaanse en Duitse man.
Na het bad en douchen terug naar het centrum, boodschappen halen voor morgen en de bar in, goed internet en een Cerveza.
De oude man die we eerder zagen en de krant las, zit er nog. Hij leest nu een tijdschrift en kijkt tv, zo kom je de dag wel door.
We zorgen dat we op tijd terug zijn voor het eten. Het pelgrimsmenu, Vissoep, kip met aardappelen en salade en fruit toe. Witte-, Rode Wijn en water, het is meer dan genoeg. Het smaakt voortreffelijk.
De eigenaar heeft de Via de la Plata tot Zamora te Paard gedaan en met zelf gemaakte foto's er een boekje van gemaakt. Bijzonder. Wij alles te voet, hij op de rug van een Paard, met dezelfde dagen en afstanden.
Vandaag 22 kilometer en maximaal 17 graden.

Sjaak: We zijn met de Paasdagen nog in Spanje. We kunnen het meebeleven.

Dinsdag 26 maart.

Vannacht heeft het gevroren, de rijp zit op het gras.
Marianne besluit de broekspijpen aan te ritsen, maar Koploper blijft in korte broek.
Het is 2 graden als we om 8.15 uur vertrekken. De noordoostenwind, waarvan we hoopten dat die weg zou zijn, is er nog steeds. Brrr...... de tranen lopen over de wangen van de koude wind.
Uitgestrekte landbouwgronden op een plateau ter hoogte van rond de 900 meter. In de verte zien we dorpjes waarvan we weten dat we er niet zullen komen. De Tapuit, Torenvalk, Rode en Zwarte Wouw en een Buizerd zien we vliegen, tenminste dat proberen ze. Opeens een bomenrij van Steeneik, Cipres en Brem met een doorkijkje naar het dal beneden. Mogen we gaan dalen of uit de wind? Vergeet het maar, de weg maakt een bocht en we zien de weg verder gaan over het plateau, licht glooiend.
Bij het dorpje Villanueva de Campean nemen we een koffiestop. Even geen wind in je oren en warm worden. Het is nu 8 graden, maar voelt kouder aan. Heerlijk opwarmen en we vragen een bocedillo mee voor onderweg.
Een Duitse jongedame komt verkleumd binnen, een gesprek als pelgrims volgt. Over de weg, de wind, de blaren en hoe ver het is.
Weer verder langs verschillende Millions met de stok en drinkzak, het symbool van de pelgrim.
Wanneer de weg langs een stuk hoger gelegen land gaat maken we een eetstop, uit de wind. 3 bepakte ATB-fietsers, komen langs en begroeten ons. Het fietsen is zwaar voor hen, tegenwind en losse grond met stenen.
We vervolgende weg en zien we opeens de stad in de verte liggen.
Als je denkt dat het dichtbij is, vergis je je. Want het wordt nog een wandeling van Melissant naar Goedereede, maar dan over de slikken om er te komen. We zijn blij dat we deze dagen geen regen hebben gehad, dan had deze vlakte heel anders gelopen dan nu.
In de luwte van een muur bij een boerderij zien we een Kolibrievlinder en de Koninginnepage, de Zwarte Roodstaart vliegt ook rond.
De stad Zamora, bereiken we uiteindelijk om 16.30 uur. Via de Romeinse brug, omhoog naar het Plaza de Mayor. We nemen een Radler om de dorst te lessen en bij te komen. Even opwarmen, het is heerlijk in de zon. Een slaapplaats zoeken voor 2 nachten, want we moeten nodig onze kleding weer eens wassen. De Aubergue nemen we niet, 8.00 uur vertrektijd is niet te doen als je een rustdag wilt. We vinden een modern hostal aan de rand van het oude centrum, Bajo la Murella en kunnen er 2 nachten blijven.
's Avonds eten we in een Wokrestaurant. De mevrouw van de zaak weet niet wat ze overkomt wanneer we voor de vierde keer naar het buffet lopen om eten te halen. Heerlijke Vis, Vlees, Garnalen, Mosselen en Groenten, wat direct voor je wordt klaargemaakt.

Vandaag 32 kilometer, maximaal 17 graden.

Woensdag 27 maart.

Vanmorgen waren we niet de vlotste mensen. Om 10.30 uur gingen we op pad, de stad in. Via Plaza de Mayor naar de Kathedraal. Een beeld ter ere van Semana Santa staat groots op het Plaza de Mayor. De Semana Sante is een periode waarin verschillende Koninklijke Broederschappen plechtig boete doen en het Lijden van Christus herdenken gedurende luisterrijke boetprocessies. Deze boetprocessies vinden plaats in de week voor Pasen.
Op een bankje op de Plaza Viriato zien we een bekende, het is Kim. Zij heeft de bus genomen naar Zamora omdat lang lopen voor haar voeten te pijnlijk is. Samen drinken we koffie en praten bij van de belevenissen onderweg. Met zijn drieën bezoeken we de Kathedraal. Met een stempel in de pas mogen we gratis naar binnen.
De toegangsdeur is een kunstig houtsnijwerk van wel 4 meter hoog. In deze deuren zit een kleinere deur die de toegang mogelijk maakt. Binnen heerst er rust. Grote fresco's in goede staat sieren enkele plaatsen in de kerk. Het Koor heeft Notenhouten banken rondom met houtsnijwerk. Er is één orgel. Achter het Altaar is een muurschildering. Naast het Altaar aan beide zijdes, een groot beschilderd houtsnijwerk van 4 bij 6 meter, met dimensionale figuren erin. Dat men dat in de 11e eeuw al zo kon maken.
De Kathedraal is beroemd om zijn prachtige Byzantijnse Koepel, gebouwd in 1151. In het museum van de kerk hangen 3 grote Vlaamse wandtapijten. In verschillende zijvleugels zien we beeltenissen van heiligen. In één van deze zijvleugels staat een groot Zilveren Bouwwerk van bijna 3 meter hoog, te pronken. Wat zal daar veel zonden mee afgekocht zijn.
Na het bezoek aan de Kathedraal splitsen we. Kim zal nadat ze heeft gegeten, een slaapplaats zoeken in de Aubergue. Wij zoeken een winkel voor een broodje en eten dit bij de stadsmuur op, uitkijkend over het landschap waar we gisteren vandaan kwamen. Door het mooie weer worden we soezerig en de banken worden slaapplaatsen voor een korte siësta.
16.00 uur gaan alle openbare gebouwen weer open voor bezoek. Wij bezoeken de Watermolen, Las Aceñas de Olivares, een kunstig bouwwerk voor die tijd. Deze molen is van de 10e eeuw en gerestaureerd in 1995.
Later nog even een Cerveza op Plaza de Mayor en ergens eten.
Morgen weer verder wandelen.
Vandaag 7 kilometer en maximaal 19 graden.